‘Dan voel je wat voor mooie band je samen hebt opgebouwd’
Ruut van Hooft (70) zit al vijftig jaar in het clownsvak. Als CliniClown Tas probeert hij altijd een moment van opleving te brengen en aan te voelen wat iemand nodig heeft. “Overal waar je komt, tast je af.”
“Sommige kinderen laten je niet los. Zoals dat jongetje met een zeldzame progressieve ziekte. Als we bij hem binnenkomen in het Sophia Kinderziekenhuis ontstaan altijd de mooiste dingen. De achterkant van zijn bed wordt een surfplank waar hij op gaat staan en samen duiken we de fantasie in. Onderweg komen we gevaarlijke haaien tegen en hoge golven. Hij moet altijd naar een behandelkamer voor een pijnlijke drain in zijn hoofd. Dan ben ik een vliegtuig en zoeven we samen door de gang, hij glunderend op mijn rug.
Deze momenten maken het voor hem luchtiger. Mij geeft het een dubbel gevoel, want ik breng hem wél naar dat kamertje voor die rotbehandeling. Dat voel ik in mijn hart en in mijn lijf. Zijn ouders zeggen weleens hoe belangrijk ons bezoek voor hun zoon is. Hij kijkt er altijd naar uit. Dat doet iets met je.
Passie
Ik ben al 22 jaar CliniClown en zit nog veel langer in het clownsvak. Ik treed nu nog een dag per week op met het Klein Zintuigen Orkest voor kinderen met een beperking. Daarnaast val ik regelmatig in, dan spelen we voor kinderen in het ziekenhuis en mensen met dementie. Ik heb ook nog mijn eigen bedrijf, met allerlei clownsacts. Ik speel op straat, geef les. Als ik niet uitkijk, werk ik zo weer zeven dagen per week. Ach, waarom ook niet? Ik vind het gewoon zo leuk en fysiek kan ik het nog aan!
Mooie band
Lang speelde ik elke week in het Sophia Kinderziekenhuis. Daar leerde ik een jongetje kennen toen hij een jaar of vier was. Als ik met mijn clownsmaatje zijn kamer binnenkwam, braken we samen de boel af. Dan viel hij ons aan met een fantasiezwaard en stonden wij in de vensterbank om ons te verdedigen. We rolden over de grond, zochten dekking achter zijn bed. Bij zo’n wildebras doe je mee, ben je net zo wild als hij.
We bleven meestal een kwartier op zijn kamer. Het was altijd een grote gekke boel. Op een gegeven moment ging het niet goed met hem en lag hij op de intensive care. De dag voordat hij overleed, hij was toen 11, zijn we nog bij hem geweest. Dan voel je pas wat een mooie band je met zo’n jongen hebt opgebouwd. Zelfs toen zagen we meteen de vrolijkheid bij hem ontstaan. Hij bloeide op. Ook al zag je dat het hem veel energie kostte.
Aandoenlijke reus
Clownswerk vraagt om lef, je moet je eigen angsten overwinnen, maar ook je zwaktes laten zien. CliniClown Tas is baldadig en uitdagend, ook een beetje mopperend en brommerig. Hij is een vrij non-verbale clown, maakt wel geluid maar gebruikt weinig woorden. Ik denk dat veel kinderen hem aandoenlijk vinden. Ik ben wel groot, dus ik zorg er altijd voor dat ik niet meteen te veel naar voren stap, daar moet je met zo’n groot lijf voor oppassen.
Overal waar je komt tast je af. Moet je hier rustig zijn, kan het wild? Omdat ik al zo lang in het vak zit, voel ik dat snel aan. Ik vind het ook mooi om te spelen voor mensen met dementie. Als je binnenkomt in een woonkamer, zitten zij vaak helemaal in elkaar gezakt in hun eigen wereld. Het voelt goed om ze daar even uit te halen. Ook al weet je: we zijn een druppel op de gloeiende plaat, toch is het mooi om zo’n moment van opleving te kunnen brengen.”