Hoe Willem eindelijk weer even zichzelf kan zijn
Willem is een boomlange jongen van veertien, met de verstandelijke ontwikkeling van een 4-jarige. Hij woont in een instelling voor kinderen met een verstandelijke beperking of gedragsproblemen. Henk de Wit (CliniClown Bums) bezoekt hem inmiddels al jaren. Hij vertelt over het contact in dit verhaal.
Willem zit, zoals ze dat noemen, in isolatie. Hij heeft namelijk niet door dat hij veel groter is dan de andere kinderen. En daar komen ongelukken van. In z’n enthousiasme beukt hij tijdens het spelen wel eens kinderen omver. Of hij knikkert ze per ongeluk van het klimrek. En als de spanning hem te veel wordt, krijgt hij woedeaanvallen. Dan gaat hij gooien met dingen. Dat is gevaarlijk. Daarom is Willem meestal moederziel alleen, in zijn kamer of in zijn eigen minituin. Er zijn dagen dat Willem alleen de beveiligers ziet. Voor de rest ziet hij niemand. Zelfs z’n ouders komen niet op bezoek. Hij hoort helemaal nergens bij en is supereenzaam. Soms zijn Moon en ik, Bums, er. Dan is het anders. Zoals vandaag.
We lopen samen met Willem door de bossen. Nou ja, samen. Moon en Willem zijn met z’n tweeën en ik loop ergens voor hen uit. Zo ver mogelijk zelfs. Ze zijn namelijk op boevenjacht. En die boef, dat ben ik. Ze houden hun handen als pistolen en zoeken steeds dekking achter bomen of struiken. Samen kammen ze zo het bos uit.
Als ik vanachter een boom tevoorschijn kom, hoor ik heel hard 'PANG, PANG, PANG!' vanuit de struiken. De kogels vliegen om m’n oren. Alsof ik in een schiettent ben beland. Als ik word geraakt, laat ik me op de grond vallen. Willem komt breed lachend tevoorschijn. Helemaal in z’n element. “Je bent dood!” roept hij, terwijl hij de rook van z’n pistool wegblaast. Hier staat een compleet andere Willem dan de teruggetrokken jongen die we net op de kamer aantroffen, de energie straalt van ‘m af. “Morsdood,” zegt Moon, die met haar oor op m’n borstkas naar m’n hart luistert. “Zullen we Bums dan maar begraven?” Dat vindt Willem een goed idee. En even later staan we met z’n allen op m’n begrafenis. Zoals elke week.
Ook al duren onze bezoekjes maar een half uur, Willem kijkt er altijd naar uit. Het is de enige keer in de week dat hij niet alleen hoeft te spelen. Dat hij zich gezien voelt en ergens bij hoort. Dat ie echt lol heeft, kan lachen. Dat hij even helemaal zichzelf kan zijn. En dat zou ik hem veel vaker gunnen.
Henk - CliniClown Bums